![]() Zeker, ik vind het ook heerlijk, dat verlaten strand, dat strand voor mij alleen. Wandelen langs de vloedlijn en denken dat ik alleen op de wereld ben. Gewoon zalig! Maar ik heb het zo stilaan gehad met die remulte rond de tweedeverblijvers en de dagjestoeristen. Eindelijk zijn ze terug welkom, maar nu krijgen ze bakken kritiek door sommige mensen die het geluk hebben hier aan zee te wonen. Dat ze ons komen ziek maken, dat ze staan drommen in de winkels, dat er al een heleboel eerder waren gekomen dan ze mochten, dat ze hun afval laten slingeren op het strand... Wat dat laatste betreft, zag ik trouwens de laatste twee maanden nog steeds plastic zakjes hondenkak, achteloos weggeworpen in de duinen. En ja, dat de raketplantjes roze zullen kleuren deze zomer! Ook fantastisch! Als ze tenminste niet worden stuk getrapt door de ‘aanstormende meute’. Tja… nu ineens weet iedereen dat er ook planten groeien aan de bovenste vloedlijn. Wel, al jaren bloeit er op het strand raket en stekend loogkruid, en met een beetje geluk valt er ook een toef zeepostelein te spotten. Maar ik geef toe, dat er aan de Venetiaanse gaanderijen in Oostende ook een massa kiemende plantjes de kopjes opsteekt, is merkwaardig. En maakt ook mij blij. Ik heb het ook zo stilaan gehad met de gendarmes te paard die ineens opduiken bij een mama die een kwartiertje op haar ‘luie krent’ zit bij haar twee spelende kleine kinderen. Mag dat even? Maar nee! ‘Niet zitten!’ roepen de mannen, zelf zalig gezeten op hun leren paardenzadel. En dan de opmerking van een agent tegen twee oudere mensen die heel even op een bankje zaten te rusten op een frisse, winderige dag op de dijk in De Haan. ‘Vijf minuutjes, niet langer!’ En dat terwijl er op de hele dijk en het hele strand geen kat te zien was. De regeltjes... Ik begrijp wel dat de gemeentes zich zorgen maken voor deze zomer. Ze zijn bang voor overvolle stranden. Bij eb zal dat nog meevallen, maar wanneer het op een zonnige zondag vloed wordt rond drie uur, zou het koppenlopen kunnen worden. De angst dat iedereen deze zomer naar zee zal komen, is volgens mij ongegrond. Velen zijn nu al bang gemaakt. De drukte, de regels, de mogelijkheid dat je niet meer toegelaten wordt... Bovendien is het idee dat we in eigen land vakantie zullen moeten vieren, allang afgezwakt. Vele zuiderse landen lokken ons nu al naar hun parasol-beaches. Het wordt dus tijd dat ook onze kust de mensen weer warm welkom heet. Voor mensen die cabines verhuren, is het hun brood. Ook de mensen uit de horeca zien reikhalzend uit naar een zomer die een en ander goed kan maken. Zij spreken niet met dédain over ‘dedie’ van het binnenland. Al sinds 1900 en vroeger leven veel mensen van de kust van de toeristen. Ik ben bang voor deze zomer. Hoe zal het zijn op het strand? Opgehokt tussen zeilen? Afgebakend met piketten? Dranghekkens? Rood-witte linten? Politie. Frustratie. Dat staat zo haaks op het vrije gevoel dat je hebt aan zee. Of het nu winter of zomer is, veel volk of geen volk, dat maakt niet uit. Als je aan zee loopt aan de vloedlijn, is ze daar voor jou. Voor jou alleen. Maar terzelfdertijd voor iedereen. |
Af en toe een babbel.
Over zee en strand, over hooi en stro en polder, of over mezelf. Archieven
April 2023
Categorieën |