![]() Ik kreeg een fleurig, charmant mondmaskertje van een jongedame die hoog in mijn schof ligt. Dat ze nog wat stof over had voor een zomerkleedje, grapte ze erbij. Het kwam met de post zonder ik het maar enigszins had verwacht. Er was dus ook het verrassingselement dat me blij maakte. Nu sta ik het uit te proberen voor de spiegel. Het misstaat me niet als ik eerlijk moet zijn. Toch ben ik bang om het te dragen. Het geeft een zeer beklemmend gevoel, op het randje af verstikkend. Maar hoe vreselijk het ook voelt, ik zal het aandoen! Tenminste... als het moet. Alleen als het moet. Ik ben niet vergeten dat Van Ranst in den beginne zei dat het een vals gevoel van veiligheid zou geven. Dat heeft hij meermaals gezegd, meermaals benadrukt. Beter is om afstand te houden en wat langer in ons kot te blijven. Maar wie weet draai ik wel bij. Er is evenwel nog iets anders wat me bang maakt. Als ik de mensen die zo'n maskertje dragen, nu eens niet begrijp? Ik heb een gehoorapparaatje en de stem die doorheen zo’n maskertje moet, klinkt wat vager, wat gefilderd. Bovendien valt de hulp van mond, lippen en articulatie weg. Ik weet nu al dat ik niet iedereen zal verstaan. Zo was ik een aantal weken terug bij een apotheek. Er was nog geen plexiglas geïnstalleerd aan zijn toog. Hij draagt een mondmasker en ik zie aan zijn ogen dat hij er niet gerust in is. Ik vraag om een thermometer, waarop hij me van antwoord dient. Maar ik begrijp hem niet. Echt niet. Tot drie keer toe vraag ik het, tot drie keer toe antwoordt hij zonder dat ik het begrijp. Dat ik terugkom, heb ik dan maar gezegd en ben naar een andere apotheek gegaan. Dat ik me daarover zorgen maak, is dus niet vreemd. En ik ben niet alleen in dat geval. Er zijn er echt wel meer die niet meer zo goed horen als toen ze jonger waren. Ik wil ze de kost niet geven! Ik vertel dus het probleem aan mijn lief die bij de regionale televisie werkt. Misschien niet slecht om daar een item aan te wijden, zeg ik. Of ik zo iemand ken die dat zou willen doen, vraagt hij. Ik ken niet meteen zo iemand en zeg dat ik het misschien wel wil doen. Ik geneer me daarvoor niet. Een jaar of twee terug schreef ik er trouwens in Plusmagazine een wat badinerend artikel over. In mijn ogen had zo’n taboedoorbrekend stukje een sociale functie en ik zie dat in deze tijden ook zo. Dus ja, ze mogen komen. ‘Maar je wilt toch niet dat heel West-Vlaanderen weet…’ schrikt hij. Ik doe het dus niet, maar denk bij mezelf: Why not? |
Af en toe een babbel.
Over zee en strand, over hooi en stro en polder, of over mezelf. Archieven
April 2023
Categorieën |